donderdag 9 juli 2009

Me and Mister Jones

Het is vakantie in de wereld van Bodi. Dat wil zeggen dat ik met Job ondertussen in het zonnige Frankrijk vertoef. Nu ja, 'zonnig' is een groot woord. Dit jaar is de Atlantische oceaan ons minder goed gezind als het jaar daarvoor. Bewolking en hier en daar regen houden ons van tijd binnen gekluisterd, maar gelukkig vallen de temperaturen mee en komt de zon ook vaak even goeiedag zeggen. Kortom, we genieten met volle teugen.

We zijn ondertussen al een tijdje samen en ik kan met trots zeggen dat alles nog even heerlijk voelt als de dag dat ik mijn nummer in zijn gsm heb gezet. We leren nog elke dag nieuwe aspecten van elkaar kennen en dat maakt het alleen maar avontuurlijker natuurlijk. Zo is het mij opgevallen dat elke keer als wij een uitstap maken dat hij een versleten oude rugzak met zich meeneemt. Ook deze vakantie weer was het ding van de partij. Dus vroeg ik hem met een glimlach 'wat is dat toch met jou en die rugzak?'

'Aha!' antwoordde hij met een triomfantelijke glimlach. 'Dit is mijn lievelings rugzak, gekregen toen ik tien jaar was.' Ik kijk hem verbaasd aan en zeg dan droogjes; 'Oude rugzak.' Het duurt niet lang voor ik een mep krijg tegen mijn bovenarm. 'AAUW,' zeg ik en kijk hem met grote puppy oogjes aan, 'jij en je partner geweld ook altijd.'
'Je verdient het,' zegt hij zonder medelijden. Ik trek een gezicht en wacht tot hij verder gaat.

'Het is natuurlijk niet alleen de rugzak die belangrijk is, maar ook wat erin zit. Over de jaren heen heb ik veel van mijn lievelings spullen hierin bewaard, en die gaan zo een beetje overal mee naartoe.'
'Dat heb ik gemerkt ja,' zeg ik met een knipoog, 'ik neem aan dat die frisbee dan een van je lievelingsdingen is?' Ik wijs naar een grote gele ring die aan een riempje is vastgemaakt aan de buitenkant van de rugzak. Zijn ogen worden groot. 'Frisbee?! FRISBEE?! Dat is wel geen frisbee he! Dit is een 'Amazing Flying Ring'. Hiermee kan je honderden meters ver gooien. Als ik die ooit kwijt geraak, dan ga ik hartzeer hebben.'

Zijn gezicht en ogen staan heel ernstig wanneer hij dat laatste zegt. Zijn krullende haren bewegen een beetje in de wind en vlinders kriebelen in mijn buik. Ik weet niet wat het is, maar deze jongen blijft mij stapelgek maken op de meest vreemde momenten. 'Kom,' zeg ik terwijl ik rechtsta en het zand van armen afsla. Tijd om een beetje te surfen. Nadien mag jij mij laten zien hoe ver je Xena-ring vliegt.'

Een uurtje verder sta ik terug op het strand. Mijn voeten staan in het water weg te zinken in het zand. De zon is aan haar afdaling bezig. Job is in een wild gevecht met de branding. Het is geweldig om te zien hoe hij zich volledig geeft. De golven hier zijn dan ook een uitdaging of zeg maar gerust gevaarlijk van tijd tot tijd. Als je hier even niet oplet op de stroming en het tij kan je in zware problemen komen. Wanneer hij eindelijk klaar is met zich uit te leven komt hij me een natte knuffel geven. Ik kus hem zacht op zijn lippen. Een zout kusje.

'Wat denk je, etenstijd?' vraag ik hem. Ik hoor zijn maag knorren en hij kijkt me onschuldig aan. 'Denk je?' Ik knik en knuffel hem terug. 'Ik denk het wel ja.'